Home » Knowledge Base » Laadpaalkleven: de arresten van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden en de Hoge Raad

Laadpaalkleven: de arresten van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden en de Hoge Raad

Door: Luca van Antwerpen, 24 september 2022

Sinds de arresten van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden en de Hoge Raad is er onduidelijkheid bij sommige handhavers wat de regels bij laadpalen zijn. Om die onduidelijkheid weg te nemen zal ik in deze blog uitleg geven over de arresten.

Het komt niet vaak voor dat rechtelijke colleges in hoogste aanleg tegenstrijdige standpunten hebben. In Nederland hebben we een mild precedentstelsel met betrekking tot jurisprudentie. Dat betekent dat lagere rechters rekening houden met de uitspraken van hogere rechters, maar ze zijn daartoe niet verplicht. In dit geval heeft de Hoge Raad een ander standpunt ingenomen met betrekking tot laadpaalkleven dan het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Voordat ik de uitspraak van de Hoge Raad bespreek, geef ik eerst een korte uitleg over parkeerbelastingregels en de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Parkeerbelasting

Volgens artikel 225 van de Gemeentewet kan de gemeente parkeerbelasting heffen in aangewezen gebieden waar op bepaalde dagen / tijden parkeerbelasting verschuldigd is. Volgens het tweede lid van dat artikel mag er geen parkeerbelasting geheven worden wanneer het parkeren ingevolge een wettelijk voorschrift verboden is.

Arrest Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is de hoogste rechter in WAHV-zaken. Zodoende deed het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 maart 2022 en op 1 juni 2022 een uitspraak over het zogenaamde laadpaalkleven. Volgens het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is er geen sprake van parkeren met het doel “opladen elektrische voertuigen” wanneer het voertuig niet daadwerkelijk opgeladen wordt. Dat het voertuig gedurende enige tijd wordt opgeladen nadat het op een daarvoor bestemde parkeerplek werd neergezet, doet er niet aan af dat het parkeren niet (meer) met het doel plaatsvond.

Arrest Hoge Raad

De Hoge Raad is de hoogste rechter in belastingzaken. Op 2 september 2022 deed de Hoge Raad uitspraak in een parkeerbelastingzaak. De kern van de zaak was of er sprake was van een verplichting om parkeerbelasting te betalen.

Op 16 augustus 2019 werd een hybrideauto opgeladen op een elektrische oplaadplek. De parkeerplek was ook aangewezen als een parkeerplek waar het verplicht is om parkeerbelasting te betalen.

De kern van de zaak was de definitie van parkeren waarvoor parkeerbelasting geheven mag worden. Volgens artikel 225, eerste lid van de Gemeentewet kan in het kader van parkeerregulering belasting geheven worden voor het parkeren in een betaaldparkeergebied of een vergunninghoudersparkeergebied. Volgens het tweede lid van dat artikel mag de parkeerbelasting niet geheven worden als het parkeren (doen of laten staan van een voertuig) volgens een wettelijk voorschrift verboden is.

Volgens de belanghebbende stond de hybrideauto in strijd met een wettelijk voorschrift geparkeerd op de parkeerplek omdat het voertuig niet meer elektrisch opgeladen werd. Omdat er volgens de belanghebbende geparkeerd werd in strijd met een wettelijk voorschrift mocht er geen parkeerbelasting geheven worden.

De Hoge Raad oordeelde dat de omstandigheid dat de accu van het elektrische voertuig niet of niet meer opgeladen werd, niet betekent dat er geparkeerd werd met een ander doel dan het opladen van de accu van de auto. De Hoge Raad oordeelde ook dat de heffingsambtenaar geen nader onderzoek hoeft te doen naar het doel waarmee de auto is geparkeerd.

Omdat er geen sprake was van parkeren in strijd met enig wettelijk voorschrift, mocht de parkeerbelasting geheven worden.

Conclusie

Volgens het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden wordt er niet meer geparkeerd met het doel om een voertuig elektrisch op te laden wanneer het voertuig niet meer daadwerkelijk opgeladen wordt. Volgens de belastingkamer van het Gerechtshof Den Haag en de Hoge Raad betekent het niet of niet meer elektrisch opladen van een voertuig niet dat er niet meer geparkeerd wordt met het doel om het voertuig elektrisch op te laden. Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen de handhaving in het kader van de WAHV en het opleggen van een naheffingsaanslag krachtens de Gemeentewet.

Het is nu afwachten tot het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden zich opnieuw buigt over een zaak met betrekking tot laadpaalkleven. Naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad zou het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden haar standpunt over laadpaalkleven kunnen aanpassen of niet. Ik ga ervan uit dat het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden haar standpunt beter zal motiveren bij de volgende zaak.

Jurisprudentie

Hoge Raad 2 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1127

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 17 maart 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:2105

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 1 juni 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:4493

Gerechtshof Den Haag 8 juli 2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:1324